De eerste bergetappe in de Tour of Qinghai Lake heeft een totale breuk in het peloton veroorzaakt. De zware klim halverwege de 140 km lange etappe leidde tot een kopgroep van 15 man waarbij onze klimmer Antonio Santoro (foto). In de resterende kilometers naar de finish groeide die groep uit tot bijna vijftig man en daarachter kwam rest binnen met achterstanden van een minuut (o.a Nicola en Jeen) tot wel een half uur.
Het was derhalve een moeilijk dagje voor onze ploeg maar ploegleider Paul Tabak zag toch ook lichtpuntjes. Met name van Antonio die als achtste op de top arriveerde tussen het Colombiaanse geweld maar ook van Jeen de Jong. Jeen was nogal hard gevallen in het NK en kwam niet geheel topfris (leek het) in China aan. Vandaag bewees hij dat hij uitstekend was hersteld.
Nicola viel een beetje tegen en Alex kreeg, na aanvankelijk goed te hebben geklommen, een behoorlijke tik van de hoogte. Zo tussen de 3500 en 3800 meter hoogte bleek het een zware klus voor onze andere renners. Wim had daarbij de nacht voor de wedstrijd geen oog dicht gedaan en ook Folkert klaagde over de extreme hoogte. Voor Bas was het ‘overleven’ en hopen op betere – vlakke – tijden.
De rit werd gewonnen door de Roemeen Grosu terwijl in het algemeen klassement de Spanjaard Oscar Sevilla leidt voor zijn ploeggenoten Oyola en Montoya. Antonio bezet de 42e plaats op 3.36 min. van Sevilla. Nicola is 60e op 4.46, Jeen 61e op 5.01. Folkert staat nu 77e op 13.37, Alex is 84e op 13.44, Wim 119e op 19.50 en Bas sluit onze rij als 141e op 31.05 min.
Morgen volgt een nieuwe dag met nieuwe kansen. Enige zekerheid is dat het opnieuw een zware klus gaat worden…..